Het tweede gedeelte van Johannes 20 begint met tranen. Maria uit Magdala huilt. Want Jezus is voor haar niet zómaar iemand. Hij heeft - zo staat in het Evangelie volgens Lucas - zeven boze geesten bij haar uitgedreven. Jezus en Maria betekenen veel voor elkaar.
Huilen bij het lege graf. Ook in onze tijd vloeien er veel tranen. Niet omdat een graf leeg is, maar omdat het juist wordt gevuld. Met het lichaam van iemand die is overleden aan corona - of aan een andere ziekte. Misschien is de overledene wel in eenzaamheid gestorven. En de uitvaart moet in alle soberheid plaatsvinden, met zo weinig mogelijk mensen erbij. Een uitgebreider afscheid, dat is voor later.
Ons dagelijks leven is in korte tijd op allerlei gebieden veranderd. Let een beetje op elkaar! - zegt onze minister-president. We hebben elkaar vandaag de dag nodig. Vooral mensen die zelf niet erg mobiel zijn. Mensen die op de IC-afdeling intensieve zorg nodig hebben.
Op Maria, in haar verdriet, WORDT gelet. Waarom huil je? – vragen twee engelen. Ik vind dat geweldig van die engelen! U kent misschien de afkorting NIVEA. Dat heeft niets te maken met crème voor je handen of met een stuk zeep, maar het is een afkorting: Niet Invullen Voor Een Ander. NIVEA. Die ander mag zelf haar of zijn verhaal doen. Dat is genezend. Helend. Je gevoelens onder woorden brengen. Daar ruimte voor krijgen. En zo ontdekken dat je meetelt. Dat je er mag zijn. Jij - met al je vreugden èn met al je tranen.
En Maria vertelt. Over haar verwarring. Haar zoektocht. Dat hoort allemaal bij Pasen. Maar het is niet het enige. Nòg een keer wordt aan Maria gevraagd waarom ze huilt. Nu door Jezus Zelf. Maria verwart Hem met de tuinman, de hovenier. Dat is niet erg. En niet vreemd. Jezus is immers de man die het leven brengt. Zo doet ook de tuinman. Die schept ruimte voor groei en bloei. Zo ook heeft Jezus ooit deze vrouw Maria weer teruggebracht in het gewone leven door haar te genezen. Jezus is ook een ‘mens met groene vingers’.
En Hij noemt haar naam: MARIA. Geweldig! Maria wordt gekend zoals ze is. Ik stel me voor dat zowel in de gedachten en gevoelens van Maria en van Jezus dat hele verleden weer meekomt. Hij noemt haar naam zoals niemand dat doet. On-her-roe-pe-lijk. Dit is pastoraat. Dit is herderschap. Hiernaar verlangt een mens.
Kinderen weten dat. Als je ziek bent, helpt een dokter je om weer beter te worden. Maar een kus van pappa of mamma, die je naam noemen, helpt óók heel erg goed.
En, DIT is Pasen: een volkomen nieuw begin. Een voorgoed begonnen nieuw begin. Boze geesten, zonden, dood, een verdwenen dood lichaam - het is allemaal voorbij. Van nu af aan gaat het om vergeving en nieuw leven. Christus, onze Heer, verrees: Halleluja! Halleluja!
En ook in dit zeer bijzondere voorjaar kan het leven weer opnieuw beginnen. Allereerst voor al degenen die iemand te betreuren hebben vanwege corona. Of vanwege een andere ziekte. Voor mensen die zichzelf weer moeten terug vinden na dagen of weken op de IC.
Het heeft allemaal wel tijd nodig. Het gaat door tranen heen, net als in het geval van Maria. Maar het komt!!
En daarna zijn er weer de dagelijkse levensvragen van loslaten en vasthouden. Hoe doe je dat met je kinderen? Met mensen die veel voor je betekenen? Houd me niet vast, zegt Jezus. Blijf op anderhalve meter afstand, zodat Ik kan doen wat Ik moet doen.
En in onze wereld moeten er weer ingrijpende keuzes worden gemaakt door artsen. Door ondernemers en ZZP-ers. Zij staan voor grote vragen.
Maar Pasen staat intussen als een huis. Het feest van vergeving en van een nieuw begin. Van nieuw leven, dwars door de dood heen. Het feest van Toekomst, voor ons allemaal.
W. Lolkema.
|